Overheid tegen of vòòr de mensen

30 december 2020

Een overheid tegen de mensen in plaats van een overheid voor de mensen. U heeft ongetwijfeld berichten gelezen in de media over een vrouw die een bijstandsuitkering moet terugbetalen, omdat haar moeder af en toe boodschappen voor haar deed. Een gemeente in Nederland vond dat zij een deel van haar uitkering moest terugbetalen. En een rechtbank gaf de gemeente gelijk. Waar lijkt dit op? Precies op de ouders die kinderopvangtoeslag ontvingen en dat moesten terugbetalen, omdat zij misschien een kleine fout of vergissing hadden gemaakt. Is dit het eerlijke en fatsoenlijke Nederland dat wij willen? Nee.

De PvdA wil graag van het college horen hoe zij nu omgaat met mensen, die een uitkering ontvangen en misschien een keer vergeten iets aan hen te melden. Daarom stellen wij enkele vragen aan het college. Hoe belangrijk vinden wij het dat mensen elkaar helpen? Legt de gemeente goed uit welke informatie mensen moeten doorgeven? Welke mogelijkheden heeft de gemeente om een terugvordering te matigen? Wij willen antwoord op deze vragen en zullen dan kijken of er gemeentelijke regels moeten worden aangepast. https://www.pvda.nl/verkiezingen/verkiezingsprogramma/werk-en-economie/#aanpak-van-armoede-en-schulden

Lees hier onze vragen:

Vraag 1
Kent u het artikel «Duizenden euro’s terugbetalen om gratis boodschappen. Hoe kan dat?»?

Vraag 2
Deelt u de mening dat wanneer de inlichtingenplicht op grond van de Participatiewet 

geschonden wordt, de gevolgen voor betrokkenen dermate groot kunnen zijn dat iemand wellicht nooit meer schuldenvrij door het leven zal gaan? 

Vraag 3
Deelt u de mening dat de nadelen van de terugvordering voor een persoon in verhouding tot het doel ervan onevenredig groot kunnen zijn? 

Vraag 4
Hoe maakt u gebruik van de beleidsruimte van onze gemeente om in voorkomende gevallen tot maatwerk te komen? 

Vraag 5
Welke mogelijkheden geeft u voor het doneren van voedselpakketten door vrienden en 

familieleden ? 

Vraag 6
Bent u het ermee eens dat ook pakketten van de voedselbank, kledingbank en andere 

instellingen ter bestrijding van armoede technisch gezien een waarde vertegenwoordigen? En wat is volgens u het verschil tussen pakketten die door familieleden worden gedoneerd en pakketten die door de voedselbank worden verstrekt? 

Vraag 7
Bent u van mening dat inwoners die een uitkering ontvangen hun afhankelijkheid van de voedselbank moeten melden aan de gemeente? 

Vraag 8
Zo ja, deelt u de mening dat onze gemeente in de toepasselijke verordening(en) vast zou moeten leggen dat de waarde van dergelijke pakketten in het licht van de Participatiewet op nul vastgesteld zou moeten worden? 

Vraag 9
Hoe weegt u in dit licht de uitspraken van het NIBUD, waaruit blijkt dat het voor bijstandsgerechtigden zonder extra ondersteuning überhaupt niet mogelijk is om rond te komen? 

Vraag 10
Welke gemeentelijke regelingen kunnen in de praktijk evident te hard uitpakken, waardoor inwoners snel in een neerwaartse spiraal terecht kunnen komen? 

Bent u bereid een inventarisatie van de regelingen te maken en aan de raad te verstrekken?

Vraag 11

Op welke wijze garandeert u dat bij de uitvoering van de Participatiewet niet wantrouwen maar een humane uitvoering voorop staat?

Vraag 12

Op welke wijze geeft u op dit moment uitvoering aan het beleid tot terugvordering van uitkeringen? Bent u bereid om de gemeenteraad hier op korte termijn over te informeren via een memo?