Door op 28 juni 2013

Presikhaaf Bedrijven en Gemeenschappelijke Regeling

Agendering heeft invloed op ons denken en besluiten. Onderstaande overwegingen bedoelen die invloed in beeld te brengen. Hopelijk zijn ze behulpzaam bij onze voorbereiding van de discussie over Presikhaaf (PB) en de gemeenschappelijke regeling (GR) na de vakantie.

Onderstaande tekst is ook beschikbaar in pdf. Kijk in Publicaties.

Opnieuw is in raad en voorronde gesproken over de herstructurering en jaarstukken van Presikhaaf Bedrijven (PB). Maar waar ging het nu echt over? Herstructureren doe je voor de toekomst, praten over jaarstukken niet omdat je zo graag naar het verleden kijkt.
De bedrijfsvoering of het management van PB vinden wij geen onderwerp voor onze raad, behalve wanneer dat de gemeentelijke begroting raakt. Daarom is onze gemeente binnen PB en de GR vertegenwoordigd, niet om te sturen in management.
De herstructurering van PB is een zaak van management en bedrijfsvoering.  De jaarstukken lijken vooral een rechtvaardiging van de bijdrage, die geleverd moet worden in het tekort.

Waarom bespreekt onze gemeenteraad dit steeds weer? Wat is het effect er van? In het jaarverslag 2012 staat dat nieuwe tekorten zullen optreden, waarvoor de GR zal moeten bijspringen. Dat was nu precies wat we niet wilden.  In arren moede hebben we hiervoor  maar een reservering opgenomen. Het effect is een binding aan de toekomstvisie van PB en een morele verplichting van financiële aard, die wel op een blanco cheque lijkt. Bedoelden we dat?

Bindende  en richtinggevende besluiten over de richting van de ontwikkeling, dat is wat wij zouden willen. Maar we krijgen een kluwen van bestuurlijke en managementinformatie, zonder verbinding met datgene wat de gemeente zelf doet op het vlak van het sociaal domein.

De besturing en de opsluiting

PB is een grote organisatie met problemen en tekorten. Onze vertegenwoordiging in de top van die organisatie heeft een dubbelrol, door een bestuurlijke en een management verantwoordelijkheid. Dat is geen gezonde situatie, omdat de GR niet echt is ingericht op management.  Zo ontstaat de behoefte in de raad om te spreken over detais van het personeelsbeleid en bedrijfsvoering bij PB, terwijl wij daartoe niet zijn toegerust.  Zo komt onze politieke rol in het nauw.

Er zijn verschillen tussen de deelnemende gemeenten: Arnhem wil andere dingen van Presikhaaf dan Overbetuwe of Lingewaard, of de Liemers gemeenten. Welke dingen dat precies zijn,  is ons niet helder. Maar een uittreding uit de GR is niet goed geregeld en in kosten niet te becijferen, zo leert het memo van  wethouder Van Eeten uit Lingewaard.  Het memo leert ook dat, daargelaten de waardering voor de prestaties, ook Lingewaard weinig vertrouwen heeft in het financieel presteren van PB. Onhelder is welke positie de Liemers- gemeenten zullen kiezen. Onhelder is ook hoe Arnhem zich tot de toekomstige Presikhaaf-organisatie gaat verhouden.

We kunnen ons verbazen over het feit dat we in een GR zitten, terwijl we niet goed weten hoe we ons daaruit kunnen bevrijden en tegen welke kosten. In zo’n situatie moeten we niet weer terecht komen. Maar we hebben te maken met de feiten zoals die nu zijn. Wat moeten we nu? En wat vinden we van de herstructurering, die gaande is?

Zoals hiervoor gezegd wil de PvdA richting geven aan de ontwikkeling. Dat moet niet met de ogen dicht, maar die richting staat wel voorop.
Die richting is gegeven met de decentralisatie van het sociaal domein. Het taakveld van de gemeente gaat in omvang verdubbelen en het Rijk bezuinigt op voorhand, omdat wij dat zo efficiënt zullen gaan doen. Maar hoe gaan we dat dan doen?

Het memo over de strategie voor de decentralisaties is daar helder over. Het gaat over de leefdomeinen werk, inkomen, welzijn, zorg en opvoeden en veiligheid. “Dit biedt ons de mogelijkheid werk, activering en maatschappelijke ondersteuning beter met elkaar te verbinden.”
Dat vinden wij ook een kernpunt. Het gaat over de verbinding van die leefdomeinen, vooral werk met de genoemde andere.

Overheid en markt

We zullen bij de vormgeving van het sociale domein niet alles in de gemeentelijke organisatie kunnen doen. Het betekent dat we gebruik zullen  moeten maken van aanbieders, zoals Presikhaaf . Op zich zijn wij niet voor een scherpe scheiding tussen overheid en markt, of geÏdeologiseer daarover. Ook de marktwerking in de zorg is voor de PvdA niet zo’n geweldige uitvinding. Maar die markt bestaat met aanbieders, waar expertise is, die wij nodig hebben. Wij zien wel veel in kleinschaligheid , in terug naar buurt en kern.

Die aanbieders zijn ook een risico. De overheid verdeelt de schaarse en afnemende middelen, waar de instituties van bestaan. Die zullen dus alles doen om hun deel van de geldstroom te pakken te krijgen en te bestendigen.

Er is nog een risico: omdat het Rijk improviseert en relatief laat is, komen ook gemeenten in de problemen door onzekerheden. Daarmee worden de belanghebbende instituties  uitgedaagd om zelf hun lijnen te trekken en strategie te bepalen. Dat doen ze ook.

Het onderzoek Tom de Haas vond plaats in opdracht van gemeenten die participeren in de GR. Dit is een voorbeeld van die afhankelijkheid van institutionele belangen. De tragiek is dat dit onderzoek met onze steun is verricht.
Want de GR en PB, een constructie van vroeger, zitten ons in de weg. Werk is immers belangrijk, een centraal element in het nieuwe sociale domein. Daarin moeten de gemeente verantwoordelijkheid pakken: zie de geciteerde zin hierboven, uit het memo over de decentralisaties…

Schaalniveau

Hoe die organisatie precies moet en zal gaan is nog van veel dingen afhankelijk. Maar het lijkt de PvdA helder dat wij de vrijheid moeten hebben de sociale werkvoorziening in te passen en te zwaluwstaarten met de verantwoordelijkheden van de gemeente op het vlak van inkomen, zorg  en maatschappelijke ondersteuning.
Het schaalniveau is lastig aan te geven, omdat dan de bestuurlijke toekomst wordt aangesneden. Toch moet daarover iets worden gezegd. Wij vinden: het schaalniveau zou ongeveer “100.000 plus” moeten zijn. Betekent dat nu dat de PvdA zich uitspreekt voor een fusie met Lingewaard? Neen, dat hoeft niet.  We zeggen iets over schaal. De PvdA fractie vindt dat de GR en PB , vermoedelijk ook na de transitie, een te grootschalige organisatie wordt, niet passend bij onze nieuwe organisatie. En niet bij onze ambitie zorg terug te brengen naar de buurt.

Moet het College nu een heldere uitspraak doen, n.l. dat wij geen toekomst zien voor een groot Presikhaaf, ook niet in twee delen, niet een GR zoals die nu bestaat?  Presikhaaf en de GR bestaan wel en de herstructurering loopt; elke mogelijkheid om ons daar verder aan te binden, wordt gegrepen. Daardoor krijgt discussie over Presikhaaf  invloed op de vormgeving van onze gemeentelijke organisatie in het sociaal domein. Daarin wilden we enige vrijheid hebben.

Conclusies

Twee voorlopige conclusies derhalve:
1. Wij willen graag een heldere uitspraak over een toekomstperspectief van ons eigen sociaal domein, waar Overbetuwe zelf vorm aan geeft en waar bij de uitvoering een schaal wordt gezocht, die als “100.000 plus” kan worden aangeduid. Mogelijk kan de strateeg in de gemeentelijke organisatie voor het College hierover een pre-advies opstellen.
2. Wij willen geen verantwoordelijkheid voor het managen van de herstructurering, omdat wij nog niet weten en overzien welke expertise van PB wij zouden willen afnemen na de decentralisatie. Duidelijkheid moet worden geboden aan de collega’s van andere gemeenten. De gemeenten in de Liemers en Lingewaard zullen dat vermoedelijk ook gaan doen.  Arnhem is onhelder?

Die duidelijkheid is lastig, enerzijds omdat nog gebouwd wordt aan onze formatieve en administratieve organisatie van de komende decentralisatie, anderzijds omdat de gemeente medeverantwoordelijkheid draagt voor een ingewikkeld transitieproces van een bestaande organisatie.

Vandaar dat de PvdA heeft gepleit voor:
–    een behoedzame omgang met medewerkers en klanten van PB,
–    een rustige en misschien wat verlengde transformatieperiode,
–    een heldere stelling ten aanzien van de GR, n.l. dat Overbetuwe  de huidige vorm niet wil.

Hiermee is geen standpunt geschetst dat in beton is gegoten. Maar de huidige discussie is onhelder. Voor ons is de sociale werkvoorziening  een onderdeel van het sociaal domein van onze gemeente. Mogelijk hebben wij  expertise en ervaring van Presikhaaf  nodig. Maar het is onjuist om de toekomst van Presikhaaf bedrijven bepalend te laten zijn voor de vormgeving van ons eigen sociale domein.

Namens de PvdA fractie,
Tom van Doormaal (29-06-13)